De behandeling van een trombosebeen is relatief laagcomplexe zorg. Maar er melden zich niet veel mensen met een trombosebeen bij de huisarts. Daardoor zijn er weinig mensen met genoeg kennis over de behandeling ervan. In combinatie met de hoge werkdruk heeft dit geleid tot veel verschillen in de uitvoering van de behandeling.
Omdat behandeling in de eerste lijn risico’s met zich meebrengt voor patiënten, verwijst Adrz patiënten na de echo naar de polikliniek Interne Geneeskunde voor verdere
behandeling. Dit levert echter aanvullende werkdruk op voor specialisten, en verhoogt zorgkosten door het openen van een tweede lijn DOT.
Daarom wil Adrz dat patiënten met een echografisch bewezen trombosebeen worden behandeld door een anderhalve lijn verpleegkundig specialist (VS). N.a.v. de verwijzing wordt telefonisch contact opgenomen door de VS voor het zo snel mogelijk inplannen van deze afspraak. De VS controleert de opgestarte behandeling bij de huisarts en past dit zo nodig aan, en ziet de patiënt nog 2x ter controle (na 3 en 6 maanden).
Zo krijgen patiënten zorg van goede kwaliteit, volgens de richtlijnen met minder risico’s op complicaties. Ook hebben patiënten een vast aanspreekpunt voor vragen en bij problemen. Dankzij het beperken van complicaties neemt de werklast voor huisartsen en tweede lijn specialisten af voor de primaire behandeling.